NL
EN
FR
DE
ES
IT
inloggen
Woordjes leren
Tips
Werkwijze
Starten
Wozzol
Tips
Werkwijze
Over
Gratis en premium
Wozzol voor scholen
Nieuws
Hoe kan Wozzol je helpen?
Start direct!
Woordjes leren
Teksten leren
Plaatjes leren
Standaard woordenlijsten
Uitleg
Instructievideo’s
Veelgestelde vragen
Artikelen
Wil je meer weten over woordjes leren in een vreemde taal. Laat het ons weten
Neem contact op
Woordenlijst
Woordenlijsten
Spaans
Prisma - Spaans voor zelfstudie
Cursus - 1e editie
Hoofdstuk 12 - Les 12
Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.
Acties
Lijst openen om te leren
Print de lijst als
flashcards
Lijst exporteren als tekstbestand
Start kamelenrace
Spaans
Nederlands
calentito
=
warmpjes
cielo, el
=
hemel
contento
=
tevreden
descansar
=
uitrusten
dirigir
=
leiden, besturen
disminuir
=
afnemen, verminderen
disponible
=
beschikbaar
empleo, el
=
baan
época, la
=
tijd / tijdperk
flojo
=
zwak
inestable
=
instabiel, onbestendig
ligeramente
=
geleidelijk, lichtelijk
litoral
=
aan de kust, kuststreek
llover
=
regenen
lluvia, la
=
regen
lugar, el
=
plek, plaats
madrugada, la
=
vroege ochtend
mandar
=
sturen, zenden
matinal
=
ochtend- / van de ochtend
máximo, el
=
maximum
moderado
=
gematigd
niebla, la
=
mist, nevel
noroeste, el
=
noordwesten
norte, el
=
noorden
nube, la
=
wolk
nublado
=
bewolkt
odiar
=
haten
ofrecer
=
bieden / aanbieden
onda, la
=
golf
periódo, el
=
periode
previsto
=
verwacht, voorzien
prohibir
=
verbieden
quejarse
=
klagen
quizás
=
misschien, wellicht
región, la
=
regio, streek
resolver
=
oplossen
sudeste
=
zuidoosten
sudoeste
=
zuidwesten
sur, el
=
zuiden
sueldo, el
=
salaris
variar
=
variëren / wisselen / afwisselen
verificar
=
nagaan, verifiëren
viento, el
=
wind