Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Spaans Nederlands
  • meter en = ergens iets in stoppen
  • Deme su tarjeta de embarque por favor. = Geef me uw instapkaart alstublieft.
  • comprobar los datos = gegevens controleren, de
  • bolsa de mano, la = handtas, de
  • Voy a llamar a mi colega. = Ik ga mijn collega bellen.
  • llevar a bordo = meenemen aan boord
  • momento, por favor, un = ogenblikje alstublieft, een
  • mochila, la = rugzak, de
  • bolsa con ruedas, la = trolley, de (handbagage)
  • Sólo puede llevar una pieza de equipaje de mano. = U mag maar 1 stuks handbagage meenemen.
  • avión sale dentro de...minutos, el = vliegtuig vertrekt over...minuten, het
  • vuelo sale a tiempo, el = vlucht vertrekt op tijd, de
  • ¡Qué lástima!/¡Qué pena! = Wat vervelend!/Wat jammer!
  • Tenemos un retraso de...minutos/horas. = We hebben...minuten/uur vertraging.
  • No tenemos retraso. = We hebben geen vertraging.
  • Salimos a tiempo. = We vertrekken op tijd.