Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Spaans Nederlands
  • oferta = de aanbieding
  • toda clase de = allerlei
  • cena = het avondeten
  • mantequilla = de boter
  • pan = het brood
  • botella = de fles
  • casa = het huis
  • listo = klaar
  • ajo = de knoflook
  • refrigerador = de koelkast
  • por aquí = langs
  • llevar = meenemen
  • nada = niks
  • necesitar = nodig hebben
  • paquete = het pak
  • sopa = de soep
  • estar = staan
  • más rato = straks
  • trozo = het stuk
  • postre = het toetje
  • pan integral = het volkorenbrood
  • nosotros = we
  • salchicha = de worst
  • yogurt = de yoghurt
  • sin = zonder
  • sal = het zout