Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.
trinar / cantar
zingen
ver
zien / mirar
¿Qué tal?
Hoe gaat het?
ser / estar
zijn
tener / haber
hebben
¿Qué onda?
hoe gaat het?
¿Todo bien?
Alles in orde?