Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Spaans Nederlands
  • Qué chulo = Wat mooi
  • ¡Qué chulo!

    Wat mooi!

  • acompañar = meegaan met
  • quejarse = klagen / zich beklagen
  • equivocarse = zich vergissen
  • devolver = teruggeven
  • pesar = wegen
  • diseñar = ontwerpen
  • ancho = wijd
  • estrecho = smal / strak
  • corto = kort
  • largo = lang
  • largo / alto

    lang

  • demasiado = te
  • el modelo = het model
  • la talla = de maat
  • el algodón = het katoen
  • el bolso = de tas
  • el cinturón = de riem
  • la batería = de batterij
  • el probador = de paskamer
  • el jersey = de trui
  • los pantalones = de broek
  • la paga mensuel = het zakgeld
  • ahorrar = sparen
  • gastar = uitgeven
  • la tarjeta = de (bank)pas
  • pagar en efectivo = cash betalen
  • la oferta = de aanbieding
  • la suerte = het geluk
  • las rebajas = de uitverkoop
  • el descuento = de korting