Wozzol

Wil je Nederlandse spelling oefenen? Doe dat met de app van Meester Klaas.

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Nederlands Nederlands
  • De kat uit de boom kijken. = Alles eerst rustig bekijken als je ergens nieuw bent.
  • De aap komt uit de mouw. = Nu blijkt wat er echt gebeurd is.
  • De hond in de pot vinden. = Zo laat thuiskomen dat het eten al op is.
  • Je mag een gegeven paard niet in de bek kijken. = Je mag niet ondankbaar zijn over een cadeau dat je krijgt.
  • Het paard achter de wagen spannen. = Iets onhandig aanpakken.
  • Als de kat van huis is, dansen de muizen op tafel. = Als er geen toezicht is, durft iedereen opeens heel veel.
  • Als het kalf verdronken is, dempt men de put. = Pas als er een ongeluk gebeurd is, wordt er iets aan het probleem gedaan.
  • Een ezel stoot zich in ’t gemeen niet tweemaal aan dezelfde steen. = Alleen als je dommer bent dan een ezel, maak je twee keer dezelfde fout.
  • Een vreemde eend in de bijt zijn. = Niet in de groep thuishoren.
  • Als een olifant door de porseleinkast gaan. = Heel onvoorzichtig of onhandig zijn.
  • door een roze bril kijken = de dingen mooier zien dan ze in het echt zijn
  • stralen = heel gelukkig en blij kijken
  • met zijn hoofd in de wolken = zo gelukkig dat je niet meer goed oplet
  • op zijn strepen staan = volhouden tot je krijgt waar je recht op hebt
  • met de hakken over de sloot = op het nippertje (net aan)
  • horizontaal = van links naar rechts
  • verticaal = van boven naar beneden
  • uiterlijk = niet later dan
  • minimaal = niet minder dan, in ieder geval
  • locatie = plaats
  • dakpansgewijs = half over elkaar heen