Wozzol

Wil je Nederlandse spelling oefenen? Doe dat met de app van Meester Klaas.

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Nederlands Nederlands
  • absurd = krankzinnig, belachelijk
  • academisch = op de universiteit gebruikt
  • accumulatie = opeenhoping
  • acroniem = woord gevormd door de eerste letters van andere woorden (letterwoord)
  • allengs = langzamerhand
  • balans = evenwicht
  • bizar = heel erg raar, volkomen onlogisch en gek (min of meer synoniem met absurd)
  • branche = tak van handel of industrie
  • confidentie = vertrouwelijke mededeling
  • curatief = gericht op het voorkomen/genezen van ziekte
  • curve = gebogen lijn (in een grafiek)
  • cynisme = spot die voortkomt uit wantrouwen of onverschilligheid
  • deputatie = vertegenwoordiging, afvaardiging
  • disciplines = takken (hier: van sport)
  • domein = gebied
  • drogredenen = argumenten die niet kloppen
  • een lans breken voor = pleiten voor
  • equivalent = een gelijkwaardig woord
  • eufemisme = verzachtende uitdrukking
  • expertise = kennis en kunde op een bepaald gebied
  • facetten = kanten, aspecten
  • factoren = medebepalende elementen
  • faliekant = helemaal, totaal
  • finesses = bijzonderheden, details
  • fractie = vertegenwoordigers van een politieke partij in bijvoorbeeld de Tweede Kamer of de gemeenteraad
  • gecondenseerd = ingedikt, beknopt naverteld
  • geseculariseerd = waarbij de invloed van de kerk op de samenleving is afgenomen
  • gestaag = voortdurend
  • inclusief = daarbij inbegrepen
  • informatie-elementen = onderdelen die belangrijke informatie bevatten
  • integraal = allesomvattend, volledig
  • intermezzo = tussenspel, korte onderbreking
  • intrigerend = zeer boeiend
  • karikaturaal = overdreven uitgebeeld
  • kartel = samenwerking in een bedrijfstak om concurrentie te voorkomen (door prijzen af te spreken)
  • larderen = rijkelijk voorzien van
  • objectiveerbaar = aantoonbaar gebaseerd op feiten en niet op meningen
  • obscuur = duister, minder gunstig bekendstaand
  • op het scherp van de snede = scherpzinnig, gevat
  • optiek = gezichtspunt
  • partieel = gedeeltelijk
  • pover = armzalig
  • satire = tekst waarin de spot wordt gedreven met personen of misstanden
  • scala = reeks
  • sectie = vakgroep
  • segmenten = onderdelen
  • sekte = een gesloten religieuze groepering
  • snedig = scherpzinnig, gevat (zie op het scherp van de snede)
  • surrogaat = vervangingsmiddel
  • understatement = een manier van zeggen waarbij je iets afzwakt, soms op een spottende manier
  • wauwelen = (inhoudsloos) kletsen, leuteren
  • zich met een jantje-van-leiden van iets afmaken = zich makkelijk van iets afmaken
  • zijn hachje redden = zijn leven redden/zich ergens uit weten te redden