Goedgebekt

Goedgebekt

Leer vele moeilijke woorden, uitdrukkingen, e.d. met Goedgebekt compleet. Ga voor meer informatie naar Studieboeken Nederlands van Uitgeverij Pak.

Wil je Nederlandse spelling oefenen? Doe dat met de app van Meester Klaas.

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Nederlands Nederlands
  • Iemand in de kaart spelen. = iets doen wat een ander goed uitkomt
  • Dat is lood om oud ijzer. = dat maakt niets uit, dat komt op hetzelfde neer
  • Ergens munt uitslaan. = voordeel uit iets halen
  • Iets tegen heug en meug opeten. = iets met tegenzin opeten
  • De lakens uitdelen. = het voor het zeggen hebben
  • Stank voor dank krijgen. = geen waardering krijgen, terwijl je daar wel op gerekend hebt
  • Iets naar je hand zetten. = het zo regelen, dat het je goed uitkomt
  • Het ruime sop kiezen. = de zee opgaan
  • Naar de bekende weg vragen. = iets vragen wat je al weet
  • Iemand iets op de mouw spelden. = iemand iets wijs maken
  • Dat is ... om oud ijzer. = lood
  • Het gaat hard tegen hard. = geen van de partijen wil toegeven
  • Iemand in de ... spelen. = kaart
  • Ergens ... uit slaan. = munt
  • Iets tegen heug en ... opeten. = meug
  • De ... uitdelen. = lakens
  • Stank voor ... krijgen. = dank
  • Iets naar je ... zetten. = hand
  • Het ruime ... kiezen. = sop
  • Naar de bekende ... vragen. = weg
  • Iemand iets op de ... spelden. = mouw
  • Een overblijfsel van een heilige. = relikwie
  • Het gebruik van titels, bv. in correspondentie. = titulatuur
  • Het nemen van proeven op levende dieren. = vivisectie
  • Het alleenrecht om te handelen. = monopolie
  • De uitbarsting van een vulkaan. = eruptie
  • Een zich snel uitbreidende besmettelijke ziekte. = epidemie
  • Het verband tussen twee zaken / dingen. = correlatie
  • Een gedachte die door iets opgeroepen wordt. = associatie
  • Een ander woord met dezelfde betekenis.. = synoniem
  • De manier waarop iets gedrukt is. = typografie
  • Iets met argusogen bekijken. = iets met argwaan in de gaten houden
  • Het is op een oor na gevild. = het is bijna klaar
  • Hij heeft ruggengraat. = is een doorzetter
  • aan de schandpaal genageld worden = in het openbaar vernederd worden door op zijn fouten te wijzen
  • Hij is een onbeschreven blad. = iemand van wie nog niets bijzonders bekend is
  • Goedkoop is duurkoop. = iets wat goedkoop gekocht is, blijkt vaak niet goed te zijn
  • De goeden niet te na gesproken. = iets geldt niet voor degenen die zich er niet schuldig aan maken
  • In de schaduw van iemand staan. = minder goed dan een ander zijn
  • Hij maakt zich er met een jantje-van-leiden van af. = hij raffelt het af